Windmolens, zonnepanelen of misschien helemaal niets. Wat vinden jongeren?  

Veel bewoners vinden dat jongeren een stem moeten krijgen in de RES. Zo bleek tijdens de 66 gemeentelijke bijeenkomsten in de energieregio’s Noord-Holland Noord en Zuid. Daarom is Allerd Nanninga, stagiair bij de energieregio’s, op bezoek gegaan bij 4 middelbare scholen in Noord-Holland. In totaal hebben ca. 100 leerlingen tussen de 12 en 16 jaar gepraat over klimaatverandering, de RES en zijn ze uitgedaagd om te reflecteren op de effecten van de opwek van duurzame energie.

Wat blijkt? Aan beschermde natuurgebieden moet je niet zitten. Zo vinden bijna alle leerlingen van klas 3tl van het Saenredam College in Zaandijk. Wel vinden ze dat polderlandschappen en weilanden gebruikt mogen worden voor de opwek van schone energie en dan vooral door windmolens. Want, zo zegt ook een leerling van het Kennemer Lyceum in Haarlem, “windmolens zijn toch gewoon prima”. Haar mening wordt door de anderen gedeeld. Wanneer de klas mag kiezen tussen windmolens of zonnepanelen gaan ze voor wind. “We hebben ze nodig, dus zet ze maar gewoon neer”. Ze vinden het nodig voor het behoud van Nederland en dat is belangrijker dan Nederland precies zo houden als het nu is. 

Ondanks de zeer positieve houding tegenover de opwek van wind en zon in hun omgeving, zijn er ook veel kritische vragen en opmerkingen. Dat jongeren niet zo maar alles prima vinden, blijkt goed uit de discussies met leerlingen van het Tabor college Oscar Romero in Hoorn. “Als we energie opslaan in batterijen, wat doen we dan met die batterijen als ze niet meer goed zijn?” De groep komt er op uit dat er geen overhaaste beslissingen genomen moeten worden. We moeten problemen zoveel mogelijk zien te voorkomen. Zoals goede recycling van batterijen en alvast nadenken over wat we doen als de zonnepanelen en windmolens aan het eind van hun leven zijn. Het verbaast de leerlingen ook dat er nu nog maar zo weinig duurzame energie opgewekt wordt in Noord-Holland. Moet Nederland dan sneller verduurzamen? Daar zijn de meesten het wel mee eens, zolang het maar goed gebeurt. Helemaal niets doen is voor de jongeren geen optie.