“Door vast te houden aan Klimaatakkoord kunnen we in Noord-Holland 8.000 banen creëren”
De energietransitie kan een flinke impuls geven aan de werkgelegenheid. Naar verwachting kunnen in Noord-Holland ruim 8000 banen gecreëerd worden. De investering hiervoor moet voor het leeuwendeel van bedrijven komen. Olof van der Gaag, directeur van de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE) en lid van de stuurgroep RES Noord-Holland Zuid, vindt het dan ook van groot belang dat bedrijven betrokken worden in het proces naar RES 1.0. “Als bedrijven het niet zien zitten, komen de investeringen niet van de grond.”
Olof van der Gaag is sinds vier jaar directeur van NVDE, een ondernemersvereniging die streeft naar 100% duurzame energie. De leden zijn bedrijven die in alle takken van duurzame energie actief zijn. “We richtten ons voorheen bijna volledig op het landelijk beleid”, aldus Van der Gaag. “Maar na de klimaattafels werd ik door een aantal energieregio’s gepolst om een rol te spelen in de RES. Ik wilde graag op concreet niveau bijdragen aan het versnellen van energietransitie en werd lid van de stuurgroep van Noord-Holland Zuid.”
Van der Gaag heeft in de stuurgroep vooral meegedacht op grote lijnen. “We hebben bijvoorbeeld gesproken over hoe om te gaan met financiële participatie. Die vraag leeft bij veel gemeenten in Noord-Holland. Toen hebben wij de meest betrokken partijen landelijk bij elkaar gehaald om alle vragen te beantwoorden. We hebben met z’n allen een handreiking geschreven om de afspraken over financiële participatie vorm te geven. Zo probeer ik iedere keer een concrete bijdrage te leveren in de stuurgroep.”
Kansen voor gemeenten
Vanuit zijn positie als directeur van de NVDE heeft Van der Gaag speciale belangstelling voor de economische kansen van de energietransitie. Hij ziet daarbij ook kansen voor gemeenten. “Als wij het Klimaatakkoord gaan uitvoeren en de doelstellingen halen, dan leidt dat landelijk tot 50.000 extra voltijds banen in 2030. Dat is het gemiddelde van alle onderzoeken op dit gebied. Het belang is duidelijk, zeker nu we in een economische crisis raken. Door vast te houden aan het Klimaatakkoord kunnen we – op basis van een schatting van het inwoneraantal – in Noord-Holland ruim 8000 banen creëren.”
Van der Gaag verwacht op basis van het geschatte landelijke gemiddelde dat de komende jaren in Noord-Holland zo’n 15 miljard aan investeringen wordt gedaan in de opwek van duurzame energie, energiebesparing, warmtetransitie en duurzame mobiliteit. “Die investeringen moeten grotendeels gedaan worden door bedrijven – bedrijven die actief zijn in de ontwikkeling van duurzame opwek en besparing, maar ook bedrijven die opwekken of besparen voor hun eigen bedrijfsvoering. Daarom is het zo belangrijk dat gemeenten met hen in gesprek gaan. Een bedrijf dat investeert in besparing of in de opwek van zonne-energie, windenergie of warmte, moet wel het gevoel hebben dat die investering rendabel is.”
Markt moet groeien
Opschaling is bij dit alles heel belangrijk. “Dat is het allereerste wat het bedrijfsleven zegt: Wat je nodig hebt is schaalgrootte. Grootschalige toepassingen zijn belangrijk om kosten naar beneden te brengen. De markt moet dus gaan groeien en de overheid kan hierbij een rol spelen. Neem de windturbines in zee. In 2013 was de elektriciteit die daar werd opgewekt 17 cent per kilowattuur, drie keer meer dan prijs op de fossiele markt. Daarna heeft de overheid ieder jaar grote tenders uitgeschreven met subsidie. Verder waren er kant-en-klare vergunningen voor specifieke locaties en ook de netaansluiting was geregeld. Het enige dat een bedrijf hoefde te doen is een windpark bouwen. Wind op zee werd daardoor snel goedkoper. De kostenreductie bedroeg 70%. Inmiddels bouwen bedrijven er windparken zonder subsidie.”
We kunnen daarvan leren voor zon en wind op land, vindt Van der Gaag. “In veel RES’en is zon op daken een belangrijke en ruimtelijk verstandige oplossing. De uitdaging is dat de vraag versnipperd is. Gemeenten zouden daarom bijvoorbeeld de panelen op hun eigen daken in één tender kunnen organiseren. Verder kunnen ze helpen met vergunningen, netaansluitingen en technische controle. Dat zorgt voor de benodigde schaalgrootte.”
Energiesysteem in balans
De NVDE is inmiddels bezig met een uitvoerbaarheidstoets van alle concept-RES’en. Resultaten van de toets, met observaties en aanbevelingen, worden 15 juli verwacht. In zijn algemeenheid wil Olof wel al een aantal uitspraken doen. “Wat opvalt is dat er over het algemeen veel zon in de plannen zit en weinig wind. Ik denk dat het energiesysteem het best draait als het in balans is. Zonne-energie is duurder en de opbrengst scheef verdeeld over het jaar. Gecombineerd met wind kunnen de pieken en dalen elkaar aanvullen. We zouden naar een verdeling van 50%-50% moeten in plaats van 80% zon en 20% wind, zoals nu in veel RES’en naar voren komt.”
Verder vindt Van der Gaag dat in de volgende fase meer aandacht moet uitgaan naar het betrekken van individuele bedrijven. “Initiatiefnemers van energieprojecten vinden de ideeën die bestaan over het participatieproces met de omgeving zwaar. Ze moeten overleggen met de omgeving, zorgen dat de helft van het energieproject in handen van die omgeving komt en de inkoop lokaal doen. Het is een grote wensenlijst. De bedrijven moeten daarbij gehoord en gesteund worden. Alleen dan kunnen we de economische kansen die de energietransitie biedt benutten. Ik heb daarbij alle vertrouwen in de gemeenten – in het proces naar de concept-RES voelde ik veel verantwoordelijkheid en betrokkenheid. Dat zal in het proces naar RES 1.0 niet minder zijn.”